Sint Maarten

11 nov. is de dag
dat mijn lichtje, dat mijn lichtje
11 nov. is de dag
dat mijn lichtje schijnen mag.

Lampionnetje, lampionnetje
Schijn maar in de donkere nacht
Als een sterretje, als een sterretje
Heb je veel geluk gebracht.

(muziek: altijd is Kortjakje ziek)
A-B-C-D-E-F-G
We nemen ons lampionnetje mee
En we gaan langs alle deuren
Om een lekker snoepje zeuren
A-B-C-D-E-F-G
We nemen ons lampionnetje mee

(Muziek:  ik heb een stuiver in mijn hand)
In mijn hand een lampion
Zo ga ik een straatje om
Snoepje hier, snoepje daar
Dank u wel, tot volgend jaar!

(Muziek:  ik heb een stuiver in mijn hand)
Ik heb een lichtje in mijn hand
Dat de hele avond brandt
Zing ik hier, zing ik daar
Zo krijg ik veel bij elkaar

Lampionnetje
Schijnt als een zonnetje
Schijnt als een lichtje
In mijn gezichtje

Maarten Mik Mak
Mijn moeder kijkt naar Tik Tak
Mijn vader kijkt naar Sesamstraat
dat is wel een snoepje waard

Mickey Mouse ging met z’n lichtje lopen
Alle deuren vlogen open
Mickey Mouse zei: Dank u wel
En ging snel naar de volgende bel

St.maarten, st.maarten
De koeien hebben staarten
De meisjes hebben rokjes aan
Daar komt st.maarten aan

Rommelpotterij, rommelpotterij
Geef me een euro dan ga ‘k voorbij
Ik heb geen geld om brood te kopen
Daarom moet ik met mijn rommelpotje lopen
Rommelpotterij, rommelpotterij
Geef me een euro dan ga ‘k voorbij

Sunte Maartens veugeltje,
Zat al op ien heuveltje,
Zat al op ien stokkie,
Met zijn rood rood rokkie ..

Sinte Sinte Maarten
De kal’vren hebben staarten
De koeien hebben horens
De kerken dragen torens
Hier woont een rijke man
Die veel geven kan
Veel geven hoeft hij
Al is het maar een suikerbiet

Rood, rood vogeltje
Rood, rood vogeltje met je rode rokje aan
Daar komt Sinte Maarten aan
Sinte Maarten had een koe, die moest naar de slager toe
Was hij vet of was hij mager, evengoed moest hij naar de slager.

Rood, rood vogeltje met je rode rokje aan
Daar komt Sinte Maarten aan
Sinte Maarten had een geit, die was al zijn tanden kwijt
Was hij zwart of was hij wit, evengoed moest hij een kunstgebit.

Rood, rood vogeltje met je rode rokje aan
Daar komt Sinte Maarten aan

Sinte Maarten had een muis,
die moest naar het ziekenhuis
met zijn rode petje lag hij in zijn bedje

He, Lampion is je lichtje aan,
want we moeten samen langs de huizen gaan
Om snoepjes op te halen, in een plastic tas,
ik wou dat het altijd Sinte Maarten was!

Sint Maarten, Sint Maarten is jarig vandaag,
Nu branden de lichtjes, dat zien wij zo graag.

(Muziek: altijd is Kortjakje ziek)
Dag mevrouw en dag meneer
He, hallo, daar ben ik weer
Met mijn la-la-lampion
van papier of van karton,
ik zing een liedje, mooi is dat
als ik klaar ben krijg ik wat.

Sint Maarten, Sint Maarten, lichtjes in de straten
Lichtjes in het donker, sterretjes geflonker.

Als ‘t zonlicht gaat verdwijnen,
ga dan, mijn lampje, schijnen.
mijn licht doordringt die donk’re nacht,
oh, lampje, schijn en houd de wacht.

Met mijn lampje door de straat
loop ik hier nog ‘s avonds laat,
ik vraag aan u: geef wat aan mij,
dan loop ik snel uw huis voorbij.

Sintemaarten, wat is het koud,
geef me een turfje of wat hout,
of een vullisvaatje,
dan ben je m’n beste maatje.
Hier woont een rijke man,
die veel geven kan.
Veel zal hij geven,
lang zal hij leven.
Zalig zal hij sterven,
de hemel zal hij erven.
God zal hem lonen,
met honderdduizend kronen.
Met honderdduizend lichtjes aan,
daar komt Sintemaarten aan.

’t Is Sintemaarten, sintemaarten, sintemaartenfeest
ik loop langs alle deuren en ben overal geweest
’t Is Sintemaarten, sintemaarten, sintemaartenfeest
ik loop langs alle deuren en ben overal geweest
zie je me stappen zie me gaan, lampionnetje is nog aan
hoor me zingen hoor mijn lied, dat vergeet ik niet.
Lantaarn, lantaarn, zon en de maan en de sterren
En ik loop op straat, ’t is al heel heel laat
Zie hoe mooi mijn Sint Maarten lantaarntje straalt

Rommelpotterij, rommelpotterij,
Geef me een centje (euro) dan ga ‘k voorbij
Ik heb geen geld om brood te kopen,
Daarom moet ik met mijn rommelpotje lopen
Rommelpotterij, rommelpotterij,
Geef me een centje (euro) dan ga ‘k voorbij.

Ik loop hier met mijn lantaarn
Rabimmel rabammel rabom
Daarboven stralen de sterren
beneden stralen wij.
Het licht is aan, ik loop vooraan
Rabimmel rabammel rabom
Het licht is uit, ik ga naar huis
Rabimmel rabammel rabom.

Ik kom voor u iets zingen, ’t is Sint Maarten feest
Kom een vrolijk liedje zingen op Sint Maarten feest
Feest van lichtjes, lampionnen, Sinte Maarten is begonnen
‘k zing mijn lied en ik bel aan, daarna zal ik verder gaan
‘k zing mijn lied en ik bel aan, daarna zal ik gaan.

Sinte Maarten Mik Mak, mijn moeder is een dikzak
M’n vader is een duntje, geef m’n pepermuntje.
Sinte Maarten Mik Mak, mijn moeder kijkt naar Tik Tak
M’n vader kijkt naar Sesamstraat, dat is wel een snoepje waard!

Sint Maarten, Sint Maarten, de koeien dragen staarten
De meisjes hebben rokjes aan, daar komt Sinte Maarten aan.

Op de elfde van de elfde, dan doen we niet hetzelfde
We lopen met een lampionnetje, OP STRAAT!
En we bellen aan de deuren, en zingen zonder zeuren.
En krijgen dan een appel of een koekje in de zak.

Wij kijken vanavond geen TV
We lopen met onze lichtjes mee
We zingen wat voor Sint Maarten
We komen maar ene keer.

Hier woont een rijke man, die veel geven kan
Veel kan niet schelen, we zullen alles delen
Geef een appel of een peer,
Dan komen we ‘t hele jaar niet meer.

Hallo goedenavond, dag meneer
het is weer 11 november, dus ik ben er weer.
Met m’n lampionnetje, kijk maar goed
als u maar iets lekkers in m’n tasje doet.

Hallo goedenavond, dag mevrouw
er is iets wat ik even aan u vragen wou,
hoe vindt u m’n lampion? Kijk maar goed.
Als u maar iets lekkers in m’n tasje doet.

Wij stappen door de straten, een, twee, drie.
Wij stapppen door de straten en ik stop hier!
Klop, klop, deurtje klop, weet je wel waarom ik stop?
Voor een appel of een peer. Dag mevrouw en dag meneer.

(muziek: vader Jacob)
Lampionnetje, lampionnetje,
Zelfgemaakt, zelfgemaakt,
‘k Loop nu door de straten, ‘k loop nu door de straten,
’s avonds laat, ’s avonds laat.

Ik heb een lampionnetje, gemaakt van een kartonnetje.
Die laat ik aan de mensen zien, dan krijg ik er iets in, misschien.

Mien lutje lanteern,
ik zai die zo geern.
doe daanst deur de straot’n,
dat kinst ja nait loat’n.
Mien lutje lanteern,
ik zai die zo geern.

Mien lutje lanteern,
ik zai die zo geern.
vandoag goan wie loop´n,
onze loadjes verkoop´n.
mien lutje lanteern,
ik zai die zo geern.

Mien lutje lanteern,
ik zai die zo geern.
doe loopst deur de stroaten,
dat kinst ja nait loaten.
mien lutje lanteern,
ik zai die zo geern.

SintMartinus bisschop
mit zien hoge houd op
mit zien laange slipjas aan
doar komt SintMartinus aan

geef mie ain appel of ain peer
ik kom het haile joar nait weer
het haile joar dat duur zo lang,
tot mien lichtje weer branden kan

As wie met ons lichtjes lopen,
goan wie deur aan deur.
Doar zingn wie van suntermeerten,
doar kriegn wie wat veur.
Op stroat dansen allemoal lichtjes,
van zingende jonges en wichtjes.
Op stroat dansen allemoal lichtjes,
van zingende jonges en wichtjes

Wilgen

Wilgen Wierde op het Hooge Land

Reacties zijn gesloten.